Title / Description
Romantische werken : . Ferdinand Huyck ; 2 / van J. van Lennep. Rotterdam. 1856
Content
- PDF Front cover
- PDF Endsheet
- PDF Vorseiten
- PDF Title page
- PDF Illustrations
- PDF Title page
- PDF Negentiende hoofdstuk, bevattende 't geen er op de dichterlijke samenkomst by Helding verhandeld werd.
- PDF 22Twintigste hoofdstuk, waarin verklaard wordt, wie de Heer in 't karmozijn was, en hoe deerlijk Ferdinand er zich in werkte.
- PDF 42Eenëntwintigste hoofdstuk, waarin eenige oude kennissen weder op het tooneel verschijnen en een paar nieuwe worden ingevoerd.
- PDF 59Tweeëntwintigste hoofdstuk, hetwelk aantoont, dat men nier naar de Oost-Indiën beheoft te varen, om schipbreuk te lijden.
- PDF 78Drieëntwintigste hoofdstuk, , vermeldende, hoe dames voor spoken werden aangezien, en wat de schipbreukelingen al zoo verder deden om een verkoudheid voor te komen.
- PDF 95Vierëntwintigste hoofdstuk, hetwelk over 't geheel van een vrij sentimenteelen aart is; doch vrij slaperij eindigt.
- PDF 107Vijfëntwintigste hoofdstuk, hetwelk een vervolg is io het vierëntwintigste.
- PDF 133Zesëntwintigste hoofdstuk, waarin geleerd wordt, hoe men best oude paarden verkoopt, en jonge bederft.
- PDF 161Zevenëntwintigste hoofdstuk, waarin onze held in nieuwe onaangenaamheden wordt gewikkeld.
- PDF 173Achtëntwintigste hoofdstuk, waarin leejike donderbuien boven het hoofd van Ferdinand samenpakken.
- PDF 189Negenëntwintigste hoofdstuk, vermeldende wat er ten huize van den Notaris Bouvelt voorviel.
- PDF 197Dertigste hoofdstuk, hetgeen langer dan het voorgaande, en niet meer of minder belangrijk wezen zal.
- PDF 236Eenëndertigste hoofdstuk, waarin het gedrag van Mejuffrouw Blaek ten opzichte van Ferdinand wordt verklaard en de vader van Amelia weder op de proppen komt.
- PDF 260Tweeëndertigste hoofdstuk, waarin overtuigend bewezen wordt, dat de behendigste vogelaar ook wel eens vogels laat ontsnappen.
- PDF 276Drieëndertigste hoofdstuk, vermeldende, wie Ferdinand in den beurtman aantrof, hoe hy op Ter Schelling aankwam, en welke zonderlinge ontmoeting hy aldaar had.
- PDF 303Vierëndertigste hoofdstuk, waarin verhaald wordt, hoe de thee aan boord van de Kjöbenkavn werd geb racht, en de lezer vele verrassingen worden voorbereid.
- PDF 327Vijfëndertigste hoofdstuk, waarin de geschiedenissen van de Heeren Bos, van Beveren, den Vliesridder, den Barion van Lintz, den Graaf van Talavera, den Zeeroeever Don Manoël enz. enz. worden verhandeld, en hetgeen evenwel, wat de lengte betreft, mee zal vallen.
- PDF 344Zesëndertigste hoofdstuk, waarin zich het oude spreekwoord bevestigd vindt, dat men geen hei moet roepen, eer men over den dam is.
- PDF 358Zevenëndertigste hoofdstuk, waarin treurige en schrikwekkende tooneelen voorkomen, gelijk men die somtijds in het dagelijksche leven, maar zeer dikwijls in romans en vercierde geschiedenissen aantreft.
- PDF 376Achtëndertigste hoofdstuk, waarin onze held zich volstrekt niet op zijn gemak bevindt.
- PDF 392Negenëndertigste hoofdstuk, hetwelk bekentenissen en sterf bedden afschetst: zeer melankoliek om te lezen.
- PDF Endsheet
- PDF Back cover